Reisverhaal «Sounds, Blenheim, Coromandel en Northland 1»
My First Trip...
|
Nieuw Zeeland
|
0 Reacties
11 Maart 2015
-
Laatste Aanpassing 11 Maart 2015
Maandag 2 maart
Na het ontbijt en het huiswerk verlieten we de camping en parkeerden we onze campervan op de parking van het ‘recreation reserve’, naast de camping. Dit was een uitstekende plaats om te zwemmen, volgens de campinguitbater. Het water was inderdaad wel zalig, maar van het bij eb beloofde strand vonden we niet veel terug. De campinguitbaters waren trouwens zo vriendelijk om ons nadien nog toe te laten tot het sanitair van de camping, zodat we een heerlijke douche kon nemen om al het ‘zand’ van ons af te spoelen. En wij weer verder. Eerste (en enige) stop op de weg was ‘Pelorus Bridge’, een natuurgebied rond de samenvloei van twee rivieren. We zouden eerst een wandeling maken door het bos en nadien ons wagen aan een frisse duik (alweer !, maar ditmaal met ongelooflijk zuiver én ongezouten rivierwater). De rivier kronkelde zich tussen de rotsen en was overal diep genoeg om te zwemmen. Heerlijk !!!! Nadien reden we verder richting Marlborough Sound. Aan het begin van Kenupuru Road vonden we een informatiebord met daarop de kampeermogelijkheden in de Sounds. En jawel hoor, op drie plaatsen kon je freedom campen langs het water. Schitterend. We reden naar een mooie baai met een even mooie, maar onuitspreekbare naam en zetten ons Wendy er te grazen. Net toen we de motor hadden stilgezet, stoven de kindjes al de campervan uit om het plaatselijk strandje te verkennen. Joppe en Leonie waren die avond tot het donker werd bezig met het maken van verschillende eilandjes, die dan vervolgens elk op hun beurt door het opkomende water werden verzwolgen. Wat een prachtige locatie om de dag af te sluiten.
Dinsdag 3 maart
Die dag zouden we een deel van de Queen Charlotte track doen, dit is een meerdaagse trektocht die de hele ‘Queen Charlotte Sound’ doorkruist. We zouden ons beperken tot het eerste deel van de track. De wandeling van ong. 13 km (heen en terug) liep langs de boorden van de zee-inham en passeerde een aantal prachtige baaien. Helaas vonden heel wat wespen dit ook net leuke plaatsen om te vertoeven, we aten onze bokes dan maar ergens onderweg op, in het bos. Het uitkijkpunt bood een prachtig zicht op de majestueuze Queen Charlotte Sound, de brede en diepe zee-inham waarlangs de ferry ons 1,5 maand geleden naar het Zuidereiland bracht. Na de tocht keerden we terug naar ons stekje aan de Kenepuru Sounds. Op het plaatselijk strandje maakten Joppe en Leonie nog tot laat op de avond ‘eilandjes’.
Woensdag 4 maart
Na het ochtendritueel namen we afscheid van ons ‘freedom’ plekje aan de Sounds en zetten we koers naar Blenheim. Deze stad is zowat het centrum van de lokale ‘wijnproductie’, het leek ons dan ook een leuk idee om fietsen te huren en zo de streek te verkennen. Anders dan de vorige keer dat we fietsen huurden, kozen we géén aparte fiets voor Joppe. Fietsen is duidelijk (nog) géén prioriteit in Nieuw Zeeland, je ziet wel dat ze hier en daar inspanningen doen voor de fietsers, maar het merendeel van de tocht verliep toch via wegen waar de auto’s tot 100 km per uur kunnen halen. Nu ja, je moet je daar géén toestanden zoals in België bij voorstellen, de wegen zijn hier gewoon ook veel minder druk. Het leek ons evenwel géén evidentie voor een ‘leerling – fietser’ als Joppe om zich in het verkeer te begeven. Dan maar een ‘follow me’ voor onze Joppe. Het deed écht wel deugd om eens goed te kunnen doorfietsen, het werd een vrij vermoeiende maar erg mooie tocht langs talrijke wijngaarden, en dit telkens met een prachtige bergketen op de achtergrond. S avonds reden we terug naar de kust en zetten we onze campervan op de DOC camping van Rarangi.
Donderdag 5 maart
De laatste kampeerstek op het zuidereiland was er toch weer eentje om in te kaderen : volledig omgeven door bos, met vlakbij een goudgeel strand. We konden maar even genieten van deze stek, want we moesten op tijd terug in Nelson zijnom de ferry naar het noordereiland te nemen. Eenmaal terug in Wellington zette we koers richting binnenland. Het plan was om zo dicht mogelijk tegen het nationaal park van Tongariro te raken. Overnachten deden we op een freedom camping in een onooglijk klein dorpje, Sanson.
Vrijdag 6 maart
Na het ochtendritueel zetten we koers naar Tongariro. Helaas waren ook de regenwolken van plan om eenzelfde route te volgen. De in andere omstandigheden wellicht majestueuze ‘Desert Road’ op het Tongariro Plateau (1000 m hoogte) was volledig in wolken gehuld, je zag echt géén steek voor je ogen. De wind maakte het zelfs moeilijk om ons Wendy in goede banen te leiden. Gezien de lokale Frank de Boozeres ook voor de komende dagen niet veel goeds voorspelden, besloten we onze op voorhand gereserveerde camping in Whakapapa village te cancellen en koers te zetten naar een gebied met hogere ‘beter weer’-garantie, het schiereiland ‘Coromandel’. Toen bleek dat de lokale freedom camping in Tairua (maar 4 plekjes) volledig bezet leek en de plaatselijke camping veel weg van een soort discotheek, besloten we door te rijden naar een meer afgelegen dorpje, Whenuakite, en ons Wendy te laten rusten op een kleinschalige camping. Tot onze verbazing (en van die van de uitbaters) bleek de camping gestalkt te worden door Belgen. Op moment dat wij er verbleven, was ons klein Belgenland zeker met 10 man vertegenwoordigd. We brachten nog een (lange) avond door met twee ‘jonkies’ uit België, twee gasten uit Antwerpen die voor lange tijd aan het reizen waren.
Zaterdag 7 maart
Na het ochtendritueel reden we naar de oostzijde van dit schiereiland. We bezochten er de ‘Cathedral Caves’, grillige rotsformaties, uitgehouwen door de woeste zee. Bij laag water zakten we af naar de Hot Water Beach, een stukje strand even verderop waar warmwaterbronnen het strandwater (vrij straf) opwarmen. Heerlijk om te genieten van een natuurlijk warmwaterbad aan zee. We kwamen net op tijd aan op de vrij druk bezochte plek en maakten dankbaar gebruik van de kuil die anderen al (enige uren voor ons) hadden gegraven…. Nadien keerden we terug naar de camping, waar Joppe en Leonie nog tot laat speelden op de speeltuin.
Zondag 8 maart
We namen afscheid van de camping en zetten koers naar het meest noordelijk deel van het schiereiland. We aten onderweg onze broodjes nog op in een leuke badstad en reden dan verder richting het dorpje waarnaar het schiereiland was vernoemd. In dit dorpje was op zich maar weinig te beleven, zodat we snel verder reden richting Thames, het einddoel van die dag. Net voor we de stad binnenreden, zagen we een erg leuke freedom camping aan de zee, ideaal om onze campertrip van twee maanden in schoonheid te beëindigen. De ‘freedom’ staanplaatsen zijn altijd goed verborgen, je passeert eerst altijd een bord waarop staat dat kamperen verboden is om dan verder op terrein een plakkaat tegen te komen waarop de toegewezen plaatsen voor ‘selfcontained vehicles’ zijn aangeduid. De Kiwi’s zijn maw slim genoeg om de mooiste plaatsen voor de ‘die hard’ freedom campers te vrijwaren. Die avond stonden er mossels op het menu, de lokale specialiteit van het schiereiland. En wat voor een mossels, ze waren elk wel een vuist groot (JUMBO).
Maandag 9 maart
Over deze dag valt eigenlijk weinig te vertellen. Met pijn in het hart namen we afscheid van Wendy en de hierbij horende levensstijl die we ons de voorbije twee maanden zo eigen hadden gemaakt. Maar goed, we zagen ook de goede zaken hieraan : eindelijk een goed bed, een fatsoenlijke douche, bewegingsruimte, niet meer moeten stoppen om de ‘stront’ en het afvalwater af te laten….. Enfin, we ruilden Wendy in voor een gewone auto en zetten nadien koers naar de ‘far North’, waar we een appartementje hadden gehuurd voor de volgende 6 dagen. De rit van Auckland naar Ahipara bleek wat langer uit te vallen dan we hadden verwacht, maar het huisje en de omgeving ervan zouden de lange rit absoluut de moeite waard maken.
Dinsdag 10 maart
Na de lange rit van gisteren zouden we het die dag een beetje rustig aan doen. We bezochten het lokale stadje (Kaitaia). Het viel ons wel op dat de steden in Nieuw Zeeland niet echt welvarend te noemen zijn. Het sjiek volk woont hier duidelijk in de ‘suburbs’ aan de rand van de stad en doet zijn inkopen in grote malls of supermarkten aan de rand van de steden en dorpen. Na de nodige inkopen keerden we terug naar ons stekje en genoten nog even van het prachtige strand.
Woensdag 11 maart
Na het ochtendritueel zetten we koers naar de uiterste punt van het noordereiland, Cape Reinga. Daar zouden we een mooie wandeling maken langs de kliffen en op een godverlaten zandstrand. Weer een magnifiek uitzicht ! We hebben nu al zoveel dingen gezien in Nieuw Zeeland, maar toch slagen ze er altijd weer in om ons weer te verbazen, zoveel ruimte en prachtige natuur….. Het strand waar ons huisje aan ligt, is alleen al groter dan de Belgische kust (het strand noemt niet voor niets 99 mile beach).
Fotoalbums van Nieuw Zeeland